Na een instap in het classic car wereldje met een sportief omgebouwde MGB roadster, was Hans al enige tijd op zoek naar Austin Healey die hij als basis kon gebruiken voor opnieuw een sportieve ombouw naar het voorbeeld van de succesvolle Worx cars uit de jaren ’60 (meer bepaald wagen nr81 bestuurd door Timo Mäkinen, klassewinnaar van de rally van Monte Carlo 1963).
Op de beurs in Gent in het voorjaar van 2023 had Classiccarstories een mooi exemplaar in de aanbieding. Een goede harde rijderswagen in klassieke uitvoering met spaakwielen met matching numbers en aantoonbare historiek van een degelijke restauratie uitgevoerd begin jaren 2000. Hij kon nu 20 jaar later wel wat TLC gebruiken: enkele lekkende dichtingen, een schokdemper achteraan die aan vervanging toe was, een versnellingsbak die “op termijn” wel wat aandacht nodig zou hebben en de lak die hier en daar wat onvolkomenheden vertoonde. Maar aangeboden aan een zeer correcte prijs, en bovendien een MKII A model: dus nog voorzien van het oude “ronde” dashboard, maar al wel met de draairamen en het vouwdak, wat het gebruiksgemak aanzienlijk verhoogt t.o.v. de MKI en MKII. En bovendien in rode kleur, de kleur van de Worx cars destijds.
Na een korte proefrit de week na de beurs en een technische inspectie bij ons door de technieker van de klant, wisselde de wagen van eigenaar. Hans had het idee opgevat om de wagen in 3 fases door een specialist te laten ombouwen.
Voor het “seizoen” ’23 liet Hans de wagen in 1° fase technisch in orde zetten: de remmen werden grondig gereinigd en nagekeken. De remblokken die toch aan vervanging toe waren werden vervangen door high performance remblokken. Omdat een schokdemper achteraan toch vervangen moest worden, werd meteen een complete after-market SPAX-set geïnstalleerd die beter kon worden afgesteld op sportief gebruik. Voor het overige had de wagen geen verdere veiligheidsissues.
In een 2° fase kreeg de wagen een visuele make-over: een set Minilites verving de spaakwielen en werden voorzien van moderne Uniroyal raintires voor een beter weggedrag, daarnaast kregen de wielkasten ook witte rallyspatlappen; de chroombumpers werden weggehaald en vooraan werd een set CIBIE 100 verstralers geplaatst op steunen met geïntegreerde trekogen; achteraan werd een period correct achteruitrijlicht en mistlicht geplaatst; een Worx rallygrill vervangt de standaard grill en onder de motor werd een stevige beschermplaat geplaatst met het oog op het toekomstig gebruik op onverhard. Tot slot werd de standaard uitlaat vervangen door een zijuitlaat op maat gemaakt voor een sportievere look en klank.
In de cockpit werd de positionering van de stoelen aangepast, zodat ze verder achteruit kunnen voor een betere rijpositie en werd een kleinere schade aan de stoelbekleding hersteld. Het dashboard werd aangepast om de standaardbedieningsknoppen logischer te positioneren en enkele bijkomende knoppen te kunnen voorzien: een stroomonderbreker, manuele bediening van de benzinepomp, voorbereiding voor een automatisch blussysteem, bediening van de verstralers, achteruitrijlicht en mistlamp, bediening van een extra ventilator voor motorkoeling en de bediening van de period correcte kaartleeslamp die werd geplaatst. Een alcantara sportstuur met dikkere rand voor betere grip verving het standaard houten stuur en tot slot werd de bediening van de richtingaanwijzers verplaatst van op het stuur naar de logische linkerzijde van het stuur op een “period correcte” manier. Daarmee was de wagen in juni klaar voor het seizoen ’23.
De versnellingsbak zou in een 3° fase worden aangepakt, omdat na het seizoen ook zou gekeken worden of de motor mogelijk technisch zou worden aangepast voor meer vermogen, wat ook een aanpassing van de versnellingsbak zou vereisen.
Na een aanvankelijke probleemloze deelname aan 2 georganiseerde events, bleek de versnellingsbak na een kleine 1.000 km toch voor problemen te zorgen. Dus nog in de zomer van ’23 werd die versnellingsbak dan toch sneller dan verwacht onder de loep genomen. Eerst werd gedacht dat de koppeling was versleten, maar dit bleek niet het geval. Bleek echter dat in het verleden bij een herstelling/revisie een verkeerde drukplaat was geplaatst. Toch werd de versnellingsbak er opnieuw uitgehaald. Bij de revisie van de versnellingsbak door een specialist in Nederland werd meteen ook de overdrive vervangen en reeds voorzien op het mogelijk zwaarder motorvermogen in de toekomst.
Ondertussen was het “seizoen” ’23 voorbij. Door tijdsgebrek en andere projecten werd de wagen pas begin ’24 opnieuw “opgehaald” met het oog op een eerste event einde maart. Voor ophaling was de wagen wel uitvoerig getest en zowel remmen, ophanging, motor als versnellingsbak bleken eindelijk perfect op elkaar te zijn afgesteld, klaar voor bakken rijplezier.
Als Hans de wagen thuis, na amper 12km, achteruit in zijn garage wil rijden, blijkt niet alleen die achteruit niet te werken, maar ook de andere versnellingen niet … Murphy? De wagen werd onmiddellijk getakeld. Bleek dat er niets fout was met de net gereviseerde bak, maar dat de koppelingspomp was stuk gegaan, gewoon door ouderdom/slijtage. Opnieuw bleef de wagen enige tijd bij de technieker, maar het eerste geplande event, de Classic Spring Roads Rally in Malmedy in het weekend 23.03.24, kwam er met rasse schreden aan.
Op do. 21.03 kon de klant de wagen uiteindelijk ’s avonds om 20.00hr ophalen. Op vrijdag, zonder verdere test wegens tijdsgebrek, reed hij er “binnendoor” vanuit de Kempen over stuurweggetjes vlotjes 200km mee naar Malmedy, om op zaterdag een regularity proef van 390km over single tracks en onverhard met een richtsnelheid van 50km/u en in soms winterse omstandigheden rijden, waarna hij op zondag opnieuw snedig binnendoor teug naar huis keerde.
Resultaat van het “testweekend”: 950km, soms “op het scherp” van de snede (en blij dat een motorbeschermingsplaat was geplaatst bij de ombouw) maar probleemloos afgerond.
Dit is de spirit van ons verhaal: elke classic car heeft zijn verdienste, en wagens in concours staat kunnen geweldig mooi zijn, maar de wagens waar wij ons hart aan verpand hebben, zijn “iconische” sportieve modellen, daarom niet in perfecte staat, maar die toelaten om de wagen aan te passen aan de klant en wat hij met de wagen wenst te doen. En voor onze klanten is dat meestal: zoveel mogelijk rijden en plezier beleven aan de wagen. En ook dit verhaal bewijst weer: de wagens blijven “oude” wagens en onvoorziene akkefietjes zullen voorkomen. Deze klant getuigt echter ook van de juiste instelling: de moed niet verliezen en de probleempjes tackelen als ze zich voor doen. Om vervolgens volop te gaan genieten van het bekomen resultaat.
We kijken uit naar het vervolg van dit verhaal: zal Hans na dit seizoen de voorziene 3° fase initiëren volgende winter, om dan het seizoen ’25 aan te vatten met een “fast road” rally engine, en gaat hij de wagen sportief visueel nog wat verfijnen met wagen nr81 van de rally van Monte Carlo 1963 als voorbeeld?
Met dank aan Hans om zijn verhaal met ons allen te delen.